Niet lekker

Mijn zoontje van 3 jaar wil ‘s avonds vaak niet eten (en dat is niet erg)!

Mijn zoontje (3) wil niet eten

En zo ga ik daar mee om.

“Aan tafel! We gaan eten!”

Vrolijk komen er 2 mannetjes aangerend, die zich installeren op hun eigen plekjes. Maar het gezichtje van mijn peuter vertrekt al snel als hij ziet wat er op zijn bord ligt. “Dit hoef ik niet”. Een veel gehoorde reactie de laatste weken.

Best wel vervelend, want je doet je best om iets gezonds en lekkers te koken en dat is dat niet de reactie waar je op hoopt. Maar goed, het is een fase.. Inmiddels weet ik dat gelukkig!

Geen strijd aan tafel, wél regels

Wat we vooral niet willen is strijd aan tafel. Onze kinderen moeten zich wél houden aan een aantal basisregels. Op je stoel zitten, niet spelen met je eten en wachten tot iedereen klaar is.

Je gaat ook even proeven (wie weet is het tóch wel lekker). Wil je dan niet, dan wil je niet. Maar je krijgt niets anders, ook geen toetje, als we dat hebben (dat is bij ons niet standaard).

En dan kom je soms toch stiekem een beetje in een strijd terecht.. Want proeven? Hoezo moet ik proeven, ik zeg toch net dat ik niet hoef? Bij mijn jongste helpen vaak 2 dingen om dit tóch voor elkaar te krijgen:

  1. Negatief gedrag negeren en afleiden. We proberen het tijdens het eten gezellig te houden, we doen vaak even een rondje met “Wie wil er iets leuks vertellen”? Om de dag even door te nemen. Hoor je ook nog eens wat van elkaar! Dit haalt ook de focus af van hem en zijn gepruttel over het eten. Het is niet dat we hem helemaal negeren. Als hij zegt dat hij niet wilt eten, dan zeggen we: “Ok prima, dan ben jij klaar”. En vervolgens gaan we dan over op een ander onderwerp. Uiteindelijk gaat hij dan toch vaak wel een beetje in zijn eten zitten rommelen en voorzichtig proeven (vooral niet kijken!). En vaak komt hij dan toch tot de conclusie dat het (deels) best wel lekker is eigenlijk…
  2. Reverse psychology. Dit werkt echt het allerbeste bij hem. Eigenlijk in alle verschillende vormen. In een gespeelde serieuze toon: “Jij mag niet dat worteltje eten van je bordje!” “Wat?? Heb je hem nu toch opgegeten?” “Niet nog één nemen hoor!”. Of in de vorm van een spelletje een hapje op de vork die dan lekker aan het wandelen is en niet opgegeten wil worden / niet de garage in wil / niet de wasstraat in wil. En voor je het weet is het bordje leeg. Of zitten er in ieder geval een aantal hapjes in.
  3. Zelf laten kiezen. Zelf mee laten denken wat we gaan eten, hij mag dan kiezen welke groenten we eten. Of hij mag kiezen uit 2 soorten groenten die op tafel staan. Zelf mogen kiezen wat je op je bord wil van de pannen op tafel en nóg beter zelf opscheppen wil ook nog weleens helpen.

Maar hij moet toch wel groenten eten?!

Vooral tijdens het avondeten is hij vaak best moe. Dan is hij de hele dag naar opvang geweest en dat zijn best intensieve dagen. Dan heeft hij geen zin meer om te eten of hij zit nog vol van de soepstengels die er om 5 uur op de opvang nog ingeschoven werden.. En dát is nu net het moment wanneer de gemiddelde Nederlander de groenten op tafel zet..

En groenten zijn nou eenmaal super belangrijk. Dat klopt helemaal, maar niemand zegt dat die er (pas) ‘s avonds in moeten.. Dus ik zorg ervoor dat hij gedurende de rest dag ook al groenten krijgt. Vooral op dagen dat ik zelf ook thuis ben.

Ontbijt

Gelukkig is hij dol op groene smoothies voor het ontbijt (1 banaan, ½ avocado, handje spinazie, plantaardige melk & lijnzaad). Laatst had ik een roze smoothie gemaakt met watermeloen, maar dat werd toch niet erg op prijs gesteld. Dus handje spinazie erdoor en tada een groene smoothie (en een blije mama).

Lunch / Tussendoor

Bij de lunch voeg ik wat rauwkost toe. Tussen de lunch en het avondeten zet ik als tussendoortje wat rauwkost op tafel. Dan zit dat er maar alvast in. Eventueel met wat notenpasta of kokosyoghurt als dip.

Als hij ‘s avonds echt geen zin heeft, dan hoef ik me geen zorgen meer te maken over die groenten, want die zit er dan al in! En dat maakt je een stuk relaxter bij het avondeten kan ik je zeggen!

Bij mijn kind werkt het anders

Elk kind is anders, heeft andere voorkeuren voor eten en benadering. Dat mijn zoontje dol is op groene smoothies is natuurlijk ook omdat hij hier gewend aan is. Voor hem is dat normaal.

Kinderen die gewend zijn aan een boterham met hagelslag zullen in eerste instantie misschien wat minder enthousiast worden van een groene smoothie, dat snap ik heel goed. Die kun je dan weer beter verleiden met gezonde “fristi” of een pannenkoek met verstopte groenten.

Het is belangrijk om te kijken naar de voorkeuren van je kind. Afhankelijk van de leeftijd kies je een andere aanpak. Bij kleintjes kijk je naar de voorkeur voor kleuren, structuren en presentatie. Op welke momenten bied je iets nieuws aan? ‘s Avonds als je kind al bekaf af is, of bij de lunch op een vrije dag?

Verder is het goed om te onderzoeken waar jouw kind het beste op reageert. Denk aan belonen, reverse psychology, afleiden, negeren, zelf mogen kiezen, zelf opscheppen, een mooi bord, etc. etc.

Vanaf een jaar of 3 kun je met ze in gesprek over wat ze lekker vinden, willen ze graag zelf kiezen en kun je ze betrekken bij boodschappen doen en het bereiden van voeding. Vanaf 4 à 5 jaar kun je daarnaast ook uitleggen waarom gezond eten belangrijk is en daar afspraken over maken. Met tieners heb je natuurlijk weer een heel ander gesprek.

Samengevat: het eten hoeft geen strijd te zijn. Er zijn zoveel tips & tricks te bedenken hoe het anders kan, toegepast op de voorkeuren en behoeften van jouw kind. Wil je weten hoe je jouw kind aan het eten krijgt of de strijd aan tafel voor eens en voor altijd stoppen?

Neem dan contact met me op voor een gratis intakegesprek, of laat je gegevens achter als je wilt dat ik met jou contact opneem!